Gezond voedsel voor iedereen!
Sinds kort werken samen wij aan het toegankelijk maken van gezond en lokaal voedsel voor iedereen!
Industriële landbouwpraktijken maken op grote schaal gebruik van gifstoffen in hun werkwijzen. Daarnaast draagt het bij aan bodemdegradatie, biodiversiteitsverlies, problemen met dierenwelzijn en nog meer schadelijke neveneffecten. Biologische landbouw biedt een krachtige en veelbelovende oplossing voor dit probleem. Echter, biologische boeren ervaren grote financiële onzekerheden en zijn significant ondervertegenwoordigd in de Nederlandse landbouwsector. Daarbij komt dat steeds meer mensen in Nederland biologisch voedsel niet kunnen betalen. Conclusie: een eerlijk loon voor biologische boeren en een toegankelijke prijs voor diens producten lijkt dikwijls een uitdaging.
In samenwerking met studenten van de Wageningen University (WUR) en Stichting Boerengroep, werken wij aan het project Gezond Voedsel voor Iedereen, waarbij we biologisch, gezond voedsel voor iedereen beschikbaar willen maken, ongeacht inkomen. Voor deze missie zijn wij bezig met een onderzoek naar de toegankelijkheid van gezond, lokaal en duurzaam voedsel onder mensen met een laag inkomen. Wij streven naar een inclusievere toegang tot biologisch voedsel en een eerlijkere prijs voor de boer. Hiervoor gaan wij de samenwerking aan met gemeenten, mensen met een laag inkomen en lokale biologische (groente)tuinders die werken volgens het CSA principe.
Biologische landbouw in de vorm van CSA (Community Supported Agriculture) biedt veel potentie als bijdrage aan het verduurzamen van de Nederlandse landbouw. CSA, ook wel gemeenschapslandbouw of pergola-landbouw genoemd, is een daadkrachtige manier voor de boer om een eerlijke prijs te vragen voor hun biologische producten. Door middel van een korte keten worden de producten direct van de producent naar de consument gebracht.
Binnen deze constructie worden consumenten ‘lid’ van een CSA en worden deze als ‘oogstaandeelhouder’ of ‘oogstdeler’ beschouwd, waarmee zij eigenaar zijn van een deel van de oogst voor het seizoen waarvoor ze hebben betaald. Binnen het CSA-principe betalen consumenten vooruit, aan het begin van het seizoen. De CSA constructie draagt bij aan een eerlijke prijs voor de boer en zodoende aan de mogelijkheid voor boeren om zich toe te wijden aan duurzame praktijken middels een aantal voordelen: Allereerst wordt het risico gedeeld door de boer én de leden. In een goed jaar deelt de consument mee in een groot aantal producten en wanneer het tegenzit wordt het verlies gedragen door zowel de boer als de leden. Ook verdient de boer het geld aan het begin van het seizoen, waarin diens kosten het hoogst zijn. Daarnaast is de boer zeker van diens afzet en bepaalt de boer een eerlijke prijs, in plaats van de supermarkt. Zonder tussenpersoon gaat al het geld naar de boer en niet een deel naar de supermarkt.
Een CSA vormt niet alleen een mogelijkheid voor een lucratieve overeenkomst, maar bevordert ook engagement onder burgers met ons voedselsysteem en de plek waar ons voedsel vandaan komt. De term herbergt het al, maar het bestaan van een CSA gaat vaak gepaard met het ontstaan van een gemeenschap, op het gebied van voedsel en andere (sociale) zaken. Zo helpen CSA leden vaak met praktijken op de boerderij (in de vorm van vrijwilligers)werk. en worden er op tuinderijen vaak gezamenlijke activiteiten georganiseerd. Onderdeel zijn van een CSA betekent hiermee dus participeren aan een gemeenschap en zo aan de samenleving.
Een manier om inclusiviteit te bevorderen en tegelijkertijd een eerlijk inkomen voor de boer te garanderen, wordt gerepresenteerd door het systeem van solidaire betaling. Solidaire betaling vormt dan ook een grote bouwsteen van het project. Een significant aantal CSA’s hanteert het principe van solidaire betaling voor hun deelnemers. Solidaire betaling is een manier van betalen waarbij de prijs van een oogstaandeel niet wordt bepaald door de markt, maar door de werkelijke kosten en uren van de boer. De boer krijgt een vergoeding gebaseerd op het aantal gewerkte uren, en consumenten krijgen volledige transparantie over de kosten, het werk en het gewenste uurloon.
Elke consument kiest zelf een uurloon voor de boer, afhankelijk van diens eigen financiële draagkracht. Dit bepaalt uiteindelijk de totale prijs voor een jaar lang voedsel. Door deze aanpak dragen sommige consumenten meer bij, terwijl anderen minder betalen, afhankelijk van hun mogelijkheden. Op deze manier ondersteunen consumenten elkaar en zorgen ze er samen voor dat de boer een eerlijk inkomen verdient en duurzaam kan blijven werken.
Binnen het project ‘Gezond Voedsel voor Iedereen’ verkennen wij de perspectieven van gemeenten, mensen met een laag inkomen en CSA-tuinders. Wij gaan met vertegenwoordigers van iedere partij in gesprek om erachter te komen wat voor maatregelen passend zijn en op welke manier zij kunnen bijdragen aan de toegankelijkheid van CSA’s. Zo zijn wij met gemeenten in gesprek over op wat voor manier zij mensen met een laag inkomen ondersteunen in het consumeren van biologisch, lokaal voedsel, bij een CSA. Wij onderhouden nauw contact met CSA tuinders in de provincies Utrecht en Gelderland en verzamelen hun expertise en behoeften als het gaat om het bevorderen of ondersteunen van CSA werkwijzen. Op deze manieren proberen wij een netwerk van tuinders en kennis op te bouwen waar tuinders op wederkerige wijze van kunnen profiteren. Tot slot betrekken wij mensen met een laag inkomen bij ons project om een inzicht te krijgen op wat voor manier CSA’s en gemeenten hun behoeften kunnen bevredigen en welke rollen zij kunnen vervullen in het nastreven van betrokkenheid bij CSA initiatieven.
Een grote nadruk binnen het project ligt op het verkennen van de manier waarop beschikbare fondsen voor gezinnen met een laag inkomen inzetbaar kunnen zijn als ondersteuning bij het participeren bij een lokale tuinderij. Indien nodig, worden burgers vanuit de gemeente geholpen met financiën, bijvoorbeeld in de vorm van de bijstand, maar ook door de voedselbank of andere toeslagen en fondsen. Een van deze fondsen komt in de vorm van een participatiefonds. Dit fonds kan men als minima aanschrijven om compensatie te ontvangen voor activiteiten of aankopen die men ondersteunen bij de participatie in de maatschappij. Voorbeelden hiervan zijn de U-pas (geldig in gemeente Utrecht en omstreken) en de Meedoenregeling (Nijmegen). Hoewel de invulling van zulke fondsen verschilt per gemeente, zijn deze meestal gericht op cultuur- en sportverenigingen, educatie en eenmalige aankopen of evenementen.
Bij de eerder genoemde participatie-regelingen is het mogelijk dit fonds te gebruiken als ondersteuning bij de aankoop van een oogstaandeel van een CSA. Deze mogelijkheid wordt ook op de internetpagina van de regelingen gepresenteerd. Wij geloven dat deze mogelijkheid een essentieel deel uitmaakt van onze missie. Ook zien we dat het deel uitmaken van een CSA aansluit bij de doelstellingen van de participatieregelingen van gemeenten. Oogstaandeelhouders van een CSA delen niet alleen de oogst, maar ook een plek en een interesse. Het deel uitmaken van een gemeenschap die samen het land verzorgt en de boer ondersteunt zien wij als participatie.
Het is dus ook ons doel om het aanschrijven van dit fonds als hulp bij het aansluiten bij een CSA bij meer gemeenten mogelijk te maken. Voor veel gemeenten in ons projectgebied is dit een nieuw concept, dat makkelijk en welwillend wordt ontvangen. Het vereist enkel een kleine toevoeging in het beleid rond de desbetreffende regeling. Zodra deze mogelijkheid in het beleid is opgenomen is er behoefte aan vervolgstappen van dit project, want het gaat om zoveel meer dan alleen budget.
Tuinderij Kansrijk in de Bilt is een van de CSA’s die deel uitmaakt van de U-pas. Bij
deze tuinderij zijn een twintigtal klanten ingeschreven die gebruik maakt van deze regeling. Voor een deel daarvan is het de doorslaggevende factor, voor een ander deel stelt het fonds hen in staat de tuinder iets meer te betalen dan de laagste mogelijkheid binnen het solidaire betalingssysteem. Zo helpt het de consument én de tuinder. Naast deze regeling heeft tuinderij Kansrijk ook direct actie ondernomen om cultureel diverse groepen te betrekken. Tuinder Vincent ondervond dat zijn publiek geen diverse vertegenwoordiging was van de populatie van de omgevende wijken en vond via een kennis een groep Marokkaanse vrouwen die erg behoefte hadden aan gezond en lokaal voedsel. Na een eerste bezoek bleek dat een aantal aanpassingen nodig waren om de CSA toegankelijker te maken. Een deel van deze groep vrouwen bleef na een gratis proefperiode als volwaardig oogstdeler meedoen bij tuinderij Kansrijk. Een aantal onder hen maakte hierbij gebruik van de U-pas, na hierover geïnformeerd te zijn door tuinder Vincent. Dit verhaal geeft ons hoop en inspiratie voor een voedselsysteem waarin iedereen betrokken kan worden bij de voeding en landbouw waarin zij geloven. Bekijk HIER(link naar subpagina) het gehele verhaal.
Naast de toewijding van het verbinden van gemeentesubsidies gericht op het ondersteunen van mensen met een laag inkomen en CSA-tuinderijen, verdiepen we ons in andere manieren waarop gemeenten CSA’s kunnen ondersteunen om hun tuinderij inclusiever en toegankelijker te maken. We zoeken actief naar alternatieve ondersteuningsmogelijkheden Zo laten wij CSA tuinders én mensen met een laag inkomen meedenken over mogelijke strategieën en proberen wij hiermee aanbevelingen te doen bij de gemeenten. Ook zijn wij bezig met het voorbereiden van evenementen waarop we alle partijen samenbrengen en inhoudelijk met elkaar in gesprek kunnen gaan.
Zie jij potentie in dit project? Heb jij ideeën die waardevol kunnen zijn voor onze missie? Herberg jij een prangende vraag binnen dit thema? Wil jij graag bijdragen aan Gezond Voedsel voor Iedereen? Stuur ons dan gerust een mail!